Internationaal klompenmuseum Eelde

Klompen: iedereen weet wat het zijn en hoe ze er uitzien. Toch worden ze veel minder gedragen dan vroeger en is de klompendrager een uitstervend ras. En dat terwijl het nog niet zolang geleden is dat bijna iedereen een paar klompen had en daar dagelijks op liep.

In 1950 waren er nog ± 1.700 klompenmakers in Nederland. Momenteel zijn er nog 13 klompenmakers in Nederland die machinaal de klompen maken. Elke klompenmakers zijn eigen model, in een vaak bonte variatie van kleuren en versieringen. De grote verscheidenheid aan klompen van vroeger en van nu is een waardevol deel van het cultuurhistorisch erfgoed van een volk. Klompenmuseum Gebr. Wietzes is genoemd naar de twee laatste klompenmakers in Eelde. Niet alleen vervaardigden zij op zeer vakkundige wijze gebruiksklompen; zij verzamelden ook klompen uit vele landen.

De collectie is uitgebreid met de collectie van de heer H.P. Bongers uit Enschede, leraar aan een Technische school in Enschede. Zijn verzameling bestond uit klompen en uniek klompenmakergereedschap uit: België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk en Spanje.

In 1990 wordt het Internationaal Klompenmuseum in Eelde geopend. De Internationale collectie omvat ruim 2.200 paar verschillende klompen en ander schoeisel met een houten zool uit 43 landen en is daarmee de grootste en meest uitgebreide collectie ter wereld.